vrijdag 16 januari 2009

Een doorsneedag in het onderwijs

Het eerste uur heb ik geen les. Ik ben van plan te beginnen met het doornemen van een stapel werkstukjes van Havo en Atheneum examenleerlingen. In de docentenwerkruimte is gelukkig niemand aanwezig, zodat er ook niet gekletst wordt; kan ik me lekker concentreren. Maar de telefoon gaat. Laat ik ff aannemen, denk ik, dan kan ik zeggen dat degene die ze zoeken hier niet is.
'Ah, jou zocht ik net', zegt onze receptioniste opgetogen: 'Ik heb hier de moeder van Marjolein Hagersma, kan dat even?'
Moeder Hagersma heeft die morgen onenigheid gehad met haar dochter en nu is ze ongerust of haar dochter wel op school is gearriveerd. Misschien dat ik, haar mentor, even zou willen gaan kijken?
Ik zoek op het internet het rooster van Marjoleins groep op. De leerlingen blijken niet allemaal hetzelfde vak te hebben op dit moment. Ik denk even na: waarschijnlijk zit ze bij scheikunde. Voor de zekerheid onthou ik ook het nummer van het lokaal waar de andere leerlingen uit die groep nu geschiedenis hebben en dat is maar goed ook want ik heb verkeerd gegokt zodat ik ook nog even naar de andere kant van de school mag wandelen. Ik kom erachter dat ik niet door de mediatheek kan, want die is vanmorgen gereserveerd voor examens van januarikandidaten. Dan maar omlopen. Marjolein zit in haar lokaal. Nu moeder nog terugbellen. Ik pak mijn mobiel, maar bedenk me: toch maar liever bellen met de telefoon van de school hoewel dat wel weer helemaal aan het andere eind van de school is.
Als tenslotte mevrouw Hagersma gerustgesteld is, kijk ik op mijn horloge. Het is negen uur, ik heb nog twintig minuten. Nou ja, het is niet anders, verzucht ik bij mijzelf, dat hoort ook bij het mentoraat. Ik besluit het resterende kwartier te gebruiken om e-mail te checken.

Deze dag heb ik eerst twee uur les, waarna ik door een collega, die nu een uur in mijn lokaal is ingeroosterd word aangestaard, terwijl mijn bureau nog vol spullen ligt. Na dit lesuur mag ik hier weer terugkeren. Mijn collega zet alvast zijn tas op mijn bureau, tussen mijn papieren, rekenmachine en laptop. Zo snel ik kan, veeg ik mijn zaken bij mekaar, sorteer hier en daar nog wat, ruim dingen op, de kast in. De collega is al met zijn les begonnen, wat op zich wel prettig is, want de klas die hij bij zich heeft, maakte herrie voor drie klassen.

In de mediatheek had ik afgesproken met twee mentorleerlingen, één in de eerste helft van het lesuur, één in de tweede. Maar dat is waar ook, de mediatheek is dicht. Er zijn twee ingangen, waar komt mijn leerling vandaan? Ik ben trouwens al laat, maar dat gebeurt vaker, hopelijk wacht hij even. Dat valt tegen, hij is nergens te zien. Althans niet bij de versperde ingang waar ik sta. Ik moet dan maar naar een computer in de docentenwerkruimte gaan om op het rooster op te zoeken waar ik de leerlingen kan vinden. Uiteindelijk vind ik ze, ik voer begeleidingsgesprekjes met ze en daarna heb ik nog drie lesuren, onderbroken door een pauze.

Tussen 15h30 en 17h00 doe ik nakijkwerk, althans, dat was de bedoeling. Als ik een half uurtje bezig ben, komt er een leerprocesmanager binnen die met mij van gedachten wil wisselen over een van mijn mentorleerlingen. Dat duurt meer dan een half uur.

Als ik mij om vijf uur klaar maak om naar huis te gaan, denk ik na over morgen. Welke uren heb ik dan vrij om na te kijken? Voor het antwoord zal ik mijn agenda moeten raadplegen, zo uit mijn hoofd weet ik alleen dat het een doorsneedag in het onderwijs belooft te worden.
____________________
Marjolein Hagersma is een verzonnen naam
____________________